Ook het wijzigen van een feitelijke rooilijn noodzaakt een voorafgaandelijke gemeenteraadsbeslissing over de zaak van de wegen 

In een arrest van 12 januari 2023 (nr. RvVb-A-2223-0390) oordeelt de Raad voor Vergunningsbetwistingen over de noodzaak van een voorafgaande gemeenteraadsbeslissing over de zaak der wegen bij de aanleg van een fietsbrug met bijhorend landhoofd en een klein stukje nieuw fietspad. 

  

In het dossier stak geen voorafgaandelijke gemeenteraadsbeslissing omtrent de zaak der wegen, nu de betrokken diensten van oordeel waren dat alle werken binnen de bestaande rooilijnen van het openbaar domein bleven. 

  

Dit arrest oordeelt concreet als volgt: 

'Bij gebrek aan een rooilijnplan is de feitelijke rooilijn immers de huidige grens tussen de openbare weg en de aangelande eigendommen en niet de grens tussen het openbaar domein en de private eigendommen. Waar in de verantwoordingsnota naar het openbare domein wordt verwezen als zone waarbinnen de werken zouden plaatsvinden, kan dit niet als reden aanvaard worden om geen voorafgaande gemeenteraadsbeslissing over de zaak van de wegen te verantwoorden. Ten onrechte houden de tussenkomende partijen ook voor dat voor de bepaling van de feitelijke rooilijn in het kader van het begrip ‘openbare weg’ ook alle aanhorigheden moeten begrepen worden. Dit blijkt niet uit het Gemeentewegendecreet noch uit de parlementaire toelichting erbij. In verband met het bepalen van de feitelijke rooilijn speelt enkel de feitelijke, op het terrein te bepalen grens tussen de weg en de aangelanden een rol, zonder dat de eigendomssituatie van de aangelanden een invloed heeft. Door dan de grens te leggen op het einde van de volledige zone waarover een gemeente het beheer heeft, en dus met inbegrip van zachte bermen, grachten, bomenrijen, miskennen ze de decretale definitie die de feitelijke grens legt op de rand van de eigenlijke weg en dus het berijdbare deel ervan. Op die wijze wordt de grens van de openbare weg uitgebreid tot de grens met het openbaar domein, wat strijdt met de duidelijke tekst van het Gemeentewegendecreet.' 

  

De Raad bevestigt verder dat elke aanpassing van de breedte van de bedding van de weg een wijziging van de weg vormt. Ook voor de aanleg van het nieuw stukje fietspad, dat geen deel uitmaakt van de brugconstructie, wordt een voorafgaandelijke beslissing van de gemeenteraad over de zaak der wegen noodzakelijk geacht. 

Previous
Previous

Project-MER-beoordeling: onderzoek naar de cumulatieve effecten mag niet beperkt zijn tot gelijkaardige of identieke projecten of projecten die aan elkaar gelinkt zijn

Next
Next

Openbaar onderzoek over ontwerp van besluit en ontwerp-plan-MER voor sectorale voorwaarden windturbines